East coast roadtrip, the best time of my life!

En dan zit je opeens in Brisbane. 1800 kilometer, 30 dagen en een hele roadtrip verder. Laten we eerst beginnen met het feit dat het een supervette maand is geweest, waar ik niet normaal veel dingen heb gezien en gedaan! Maar laat ik eerst verder gaan met waar ik was blijven hangen in mijn vorige blog.

Na Cape Tribulation en Port Douglas, stond dan nu onze eerste plaatsje in de planning dat ons iets meer richting Brisbane zou moeten brengen, Mission Beach. Zoals wel vaker deze roadtrip, waren we weer lekker vroeg uit de veren, dus voordat we het wisten stonden we in Mission Beach. Eerst wat campings afgezocht, maar uiteindelijk besloten om onze camper bij een hostel neer te zetten, zodat we gebruik konden maken van alle faciliteiten binnen het hostel, maar we sliepen wel gewoon in ons busje. Diezelfde dag zijn we nog een beetje rond gaan lopen in Mission Beach, maar er viel niet echt veel te doen (misschien kwam dit door het slechte weer). Hierdoor hadden we niet echt de behoefte om veel langer in Mission Beach te blijven, dus waren we van plan om de volgende ochtend naar een meertje te lopen en dan door te rijden naar Townsville.

De volgende ochtend waren we dus begonnen met het lopen naar het meertje, maar we hebben het niet kunnen vinden. Dus dan maar naar een lookout point gegaan en toen richting Townsville gereden. Na een uurtje rijden zag ik ineens een bordje met daarop Crystal Creek. En ineens begonnen er belletjes te rinkelen, want iemand in Cairns had ons aangeraden om daar naartoe te gaan. Dus wij direct naar rechts de highway af en na zo’n 20 minuten rijden kwamen we aan op een onbeschrijfelijk mooie plek! Een beekje, met watervallen en rotsen waar je vanaf kon springen. Oftewel, te gek! Uiteindelijk een paar uur later aangekomen in Townsville en hebben we direct een slaapplekje gevonden en zijn we de volgende dag naar Magnetic Island gegaan.

Magnetic Island is met in één woord ge-wel-dig! Echt het is een super mooi eiland, met allemaal wandelroutes en baaitjes, waar je echt het ultieme vakantiegevoel van krijgt. Helaas hadden we er maar een dag, want met zo’n gehuurde campervan moet je je toch wel een beetje aan een planning houden. Dus in de avond weer terug naar Townsville en toen de volgende ochtend zijn we naar het Reef HQ gegaan. Eén van de grootste aquariums van Australië, dus we hadden onze verwachtingen. Na alle vissen bestudeerd te hebben, mochten we nog een bezoekje brengen aan het Turtle Hospital. Hier werden een stuk of 10 schildpadden verzorgd met als doel dat ze weer terug de zee in kunnen.

Na Townsville stond als volgende plaats Arlie Beach op het programma met als hoogtepunt natuurlijk de Whitsunday Islands. Uiteindelijk hebben we zo’n 5 dagen in Arlie Beach gespendeert. We hadden er daar voor gekozen om dan 5 dagen op een mix van een hostel en camping te staan, zodat we niet ergens buiten Arlie Beach hoefden te camperen en dan iedere keer weer heen en weer te rijden. In Arlie Beach hebben we vooral gerelaxt en niet veel gedaan. Alleen de dag dat we naar de Whitsunday Islands gingen hebben we echt iets gedaan. Al vroeg in de ochtend werden we naar de haven gebracht en daar gingen we met de boot naar een snorkel spot. Daar hebben we ongeveer zo’n 2 uur gesnorkeld. Het was echt supervet om te snorkelen bij het Great Barrier Reef! Super veel vissen en koraal. Geen haai of schildpad gezien, maar al met al was het toch heel gaaf om daar te snorkelen. Vervolgens gingen we dan naar de bezienswaardigheid van de Whitsunday Islands, White Heaven Beach. En als je daar aankomt snap je ook wel waarom ze dat strand zo hebben genoemd! Wat was het mooi! Daarna weer terug naar Arlie Beach en dat was echt de verrotste reis ooit, ben nog nooit zo zeeziek geweest. Uiteindelijk ben ik de hele avond nog een beetje dizzy geweest, maar de volgende dag ging weer helemaal top.

De volgende stop van het programma was nu Bundaberg, zo’n 600 km ten noorden van Arlie Beach. Aangezien het niet de meest comfortabele bus is wat rijden betreft en je er niet al te snel mee kan rijden, hebben we er twee dagen voor nodig om uiteindelijk aan te komen in het kleine plaatsje Bundaberg. Het enige wat je er kon doen, was naar de Bundaberg Rum Distillery. Dus wij de volgende ochtend naar de distillery. Er was echt van alles daar te doen. Eerst kon je rond kijken in het museum en vervolgens kregen wij een rondleiding door de hele distilleerderij met als eindpunt het café. Hier mochten we twee soorten rum naar keuze proeven. Na het dagje in de distillery waren we van plan om in de avond even uit te gaan in Bundaberg, want het was tenslotte zaterdagavond. Uiteindelijk zijn we er die avond achter gekomen dat je niet in Bundaberg moet wezen als je een avondje wil gaan stappen.

Na Bundaberg hadden we besloten om naar Hervey Bay te gaan, met de hoop dat we mischien nog een walvisje konden spotten. Echter aangekomen in Hervey Bay bleek er niet veel te doen. Laat staan dat we nog walvissen konden zien, want volgens sommige mensen was het alweer twee weken terug dat de laatste walvis van dit seizoen was langsgekomen. Uiteindelijk hebben we een hele dag in de brandende zon door Hervey Bay gelopen. Eerst naar de Urangan Pier, een pier die zo’n 850 meter die je helemaal kon aflopen tot het einde. Voor de rest hebben we nog wat op de esplanada gelopen, maar je kan wel zeggen dat we niet echt al te veel hebben gedaan in Hervey Bay.

Vervolgens wilden we onze reis voortzetten richting Noosa, want daar zou het volgens sommige backpackers erg mooi zijn. Oftewel we gingen met redelijke verwachtingen richting Noosa. Uiteindelijk hebben we in Noosa het National Park bezocht. We hebben daar een walking track gedaan die helemaal langs de kust ging. Super mooie uitzichten en we zijn ook nog twee hele grote varanen tegen gekomen. Het blijven toch echt indrukwekkende beesten! Ook kregen we nog de hoop van het infocentrum dat er een kans bestond dat je koala’s kan spotten, alleen hebben wij er geen gezien. Die avond zijn we weer op zoek gegaan naar een camping en heb ik genoten van de zonsondergang bij de Noosa River.

Iets dat al de hele reis op de planning stond, was de tour naar Fraser Island. Daarvoor moesten we dus wel naar het uitgestorven Rainbow Beach. Na een redelijk kort ritje van Noosa naar Rainbow Beach kwamen we rond het middag uur aan in Rainbow Beach. En we hebben de auto nog geen 5 minuten geleden geparkeerd en wie komen we tegen? Amanda, Hanneke en Tamara en laten dat nou net een van de mensen zijn met wie we nog gezellig een weekje in Sydney hebben gezeten. Het maakte het verblijf in Rainbow Beach in ieder geval iets minder saai dan het had kunnen worden!

Na twee dagen niet veel te hebben gedaan in Rainbow Beach zijn we uiteindelijk met een Self Driving 4x4 tour naar Fraser gegaan. Het enige jammere voor mij was dat ik, als 18-jarige met nog geen jaar mijn rijbewijs, zelf niet mocht rijden :( Helaas, maar uiteindelijk waren het echt 3 geweldige dagen! Op dag 1 zijn we naar Lake Mackenzie geweest. Het was direct het moeilijkste stuk en het was zekerste weten een bumpy ride! Maar wel echt super lachen om te doen. Ook nog vastgezeten en hebben we met iedereen van de groep de auto moeten duwen. Vervolgens zijn we direct doorgereden naar het basis kamp, waar het echt back to basic kamperen was. In de avond lekker rond het kampvuur zitten en daarna nog even op het strand liggen om de duizenden sterren aan de hemel te bewonderen.

Voor dag 2 stond weer genoeg op het programma. Eerst naar Indian Head om vanaf een uitzicht punt wat haaien, schildpadden en roggen te spotten. Vervolgens naar de Champagne Pools om even in het water te chillen en daarna door naar Elli Creek. Elli Creek was echt een super gaaf riviertje waar het water zou zuiver en helder was dat je het zelfs kon drinken. Daarna nog bij het Mahone schipwrak gekeken, wat nog best een interessante geschiedenis had. Uiteindelijk na een lange dag weer terug naar het kamp en uiteindelijk de avond hetzelfde besteed als die van de avond ervoor. Alleen bij het bezoeken van strand in de avond hadden we nog iets super gaafs meegemaakt! Tijdens het chillen op strand riepen er ineens een aantal, “Dingo’s! Dingo’s!” Oftewel, iedereen opstaan en verrek het waren twee dingo’s. Echt super gaaf om die ook nog gezien te hebben op Fraser.

Uiteindelijk na twee topdagen was de laatste dag van de tour alweer aangebroken. Het enige wat we die dag zouden gaan doen, was naar Lake Wabby en vervolgens weer terug naar Rainbow Beach. In de avond nog gezellig wat gedronken met wat andere backpackers die ook mee waren naar Fraser en de volgende ochtend er redelijk vroeg uit, want we wilden nog naar Tin Can Bay. In Tin Can Bay zelf was er vrij weinig te doen, maar we waren daar naartoe gegaan na een tip om wilde dolfijnen te voeren. Dus de volgende ochtend vroeg uit de veren en toen hebben we daar wilde dolfijnen gevoerd, die al jaren naar een zelfde plek komen om dan gevoerd te worden door mensen. Het was echt super om te zien en te doen!

Als allerlaatste tussenstop voor Brisbane stonden de Glass House Mountains op de planning. Een gebied met een stuk of 12 bergen die ieder een eigen naam en betekenis hebben. Uiteindelijk hebben we door wat minder weer (jaja, het regent ook in Australië!) alleen de lookout point bezocht en zijn we daarna een hele dag bezig geweest om onze hele bus uit te ruimen en onze backpacks weer in te pakken, want de laatste dag met onze campervan was ondertussen alweer aangebroken. De volgende dag moesten we nog een uurtje rijden tot Brisbane en zijn we uiteindelijk aangekomen bij ons eerste hostel sinds een maand. Vervolgens hebben we een eindje gelopen door Brisbane. Ik vind Brisbane een vrij relaxte stad en ik ben daarom ook van plan om na oud en nieuw misschien wel hier opzoek te gaan naar een baantje. Maar tot dan staan er nog genoeg andere dingen op de planning!


P.S. Sorry mensen voor de foto’s! Ben bang dat ze er niet meer opkomen, dus voor foto’s kijk op facebook. Geen facebook? Probeer iemand te vinden die wel facebook heeft :)